2.1 Uitgangspunten voor de Programmabegroting 2023
De basis voor de Programmabegroting 2023 is het financieel perspectief zoals gepresenteerd in de
Perspectiefnota 2023-2026, aangevuld met eventuele effecten van aangenomen moties en amendementen
tijdens de behandeling van de Perspectiefnota 2023-2026 door PS op 29 juni jl. Daarbij zijn vier moties en één amendement aangenomen, zie bijlage A. Deze moties en amendementen zijn beleidsmatig en financieel verwerkt in de Programmabegroting 2023. Autonome ontwikkelingen zijn in deze begroting zichtbaar verwerkt en van een nadere toelichting voorzien (indien > € 100.000). Dit betreft o.a. de actualisatie van de ramingen voor de uitkering Provinciefonds en opcenten MRB. Daarnaast zijn de structurele financiële effecten van het Coalitieakkoord 2019-2023 in deze begroting verwerkt. Conform vigerend beleid zijn begrotingsmutaties die ten laste of ten gunste van de begrotingsruimte komen verrekend met de stelpost 'Nieuw Beleid'.
Nieuwe inzichten 2023-2026
De volgende nieuwe inzichten zijn verwerkt in de begroting:
Autonome ontwikkelingen
Het is gebruikelijk dat in de perspectiefnota het financieel perspectief voor de eerstvolgende begroting wordt geschetst. Hierin worden onder andere autonome ontwikkelingen verwerkt, bijvoorbeeld de actualisatie van het Provinciefonds op basis van de laatste circulaire en de bijstelling van de opcenten MRB op basis van een actueel voertuigbestand. Daarnaast kunnen autonome ontwikkelingen zijn opgenomen die bijvoorbeeld het gevolg van zijn van wijzigingen in kasritmen van grote projecten of onvermijdelijke lasten als gevolg van gewijzigde wet- en regelgeving. Deze perspectiefnota vormt dan de basis voor de later dat jaar op te stellen programmabegroting.
Verwerking Perspectiefnota 2023-2026
De Perspectiefnota 2023-2026 bestaat uit richtinggevende voorstellen (waarvan sommige met een pm-raming) die mede afhankelijk van de uitkomsten van de Algemene Beschouwingen nader zijn uitgewerkt en verwerkt zijn in de Programmabegroting 2023 van deze voorstellen vindt plaats vanuit de vrije ruimte in de stelpost 'Nieuw Beleid' of het ongeoormerkte deel van de 'Brede Bestemmingsreserve'.
Zie hiervoor de verschillenanalyses (onderdeel 'middelen') van de desbetreffende programmaonderdelen, waar de verschillen > € 100.000 van een nadere toelichting zijn voorzien. Het totale effect van deze mutaties op het begrotingssaldo 2023 bedraagt € nihil (zie detail verloopoverzicht 'Nieuw Beleid' in tabel 1.11).
Begrotingseffecten nieuwe inzichten
In paragraaf 1.1 is een totaaloverzicht opgenomen van het verloop van de stelpost 'Nieuw Beleid'. Deze stelpost is gewijzigd als gevolg van het verwerken van autonome ontwikkelingen. Daarnaast zijn er ontwikkelingen en nieuwe inzichten die zijn ontstaan bij het opstellen van de Programmabegroting 2023. Voor zover deze geen relatie hebben met bestaande reserves zijn deze van invloed op het financieel perspectief. Dit zijn in de meeste gevallen effecten die voortvloeien uit bestaand beleid en van technische aard zijn, maar die wel effect hebben op de begrotingsruimte en/of aanwezige stelposten. Deze mutaties zijn bij de verschillenanalyse van de desbetreffende programmaonderdelen van een toelichting voorzien (indien > € 100.000). De niet resultaatneutrale begrotingsmutaties zijn daarbij conform vigerend beleid ten laste of ten gunste van de stelpost 'Nieuw Beleid' gebracht. Per saldo is het effect van deze begrotingsmutaties nihil.
Eindbeeld
Op basis van de hiervoor genoemde ontwikkelingen kan worden geconcludeerd dat we een sluitende Programmabegroting 2023 kunnen presenteren. Ook de Meerjarenraming 2024-2026 is sluitend.